Borst of flesvoeding: wat past bij je baby?
Borstvoeding of flesvoeding: wat past bij jou en je baby?
De eerste maanden van je baby staan volledig in het teken van voeding. Je pasgeborene haalt alle energie en bouwstoffen uit melk. Maar kies je voor borstvoeding of flesvoeding? Beide opties hebben hun eigen voordelen, aandachtspunten en praktische aspecten. In deze blog lees je de belangrijkste verschillen, hoe je de eerste voedingen aanpakt en waar je op kunt letten tijdens de eerste weken.
De eerste voeding
De eerste momenten na de geboorte zijn van onschatbare waarde. Je pasgeborene komt ter wereld met een natuurlijke zuigreflex en is klaar om te drinken. Geef je borstvoeding, dan is het ideaal om binnen het eerste uur aan te leggen. Geef je flesvoeding, dan kun je tijdens dat eerste huid-op-huidmoment de fles aanbieden. Door dat contact associeert je baby de voeding meteen met warmte, veiligheid en geborgenheid.
Alles over borstvoeding
Vanaf de eerste dag is borstvoeding afgestemd op wat je baby nodig heeft. Moedermelk bevat precies de juiste verhouding aan eiwitten, vetten, suikers en afweerstoffen die voortdurend mee evolueren met de behoeften van je kindje.
De voordelen van borstvoeding voor je baby
- Moedermelk bevat antistoffen die beschermen tegen infecties aan de luchtwegen, maag en darmen.
- De samenstelling past zich aan in elke fase van de ontwikkeling. De eerste melk, colostrum, bevat bijvoorbeeld veel voedingsstoffen die het immuunsysteem versterken.
- Baby’s die borstvoeding krijgen, hebben op latere leeftijd minder kans op aandoeningen zoals overgewicht, astma, diabetes type 1 en diabetes type 2.
- Het zuigen aan de borst stimuleert de ontwikkeling van de kaak- en mondspieren en ondersteunt een goed gebit.
De voordelen van borstvoeding voor de moeder
- De baarmoeder herstelt sneller na de bevalling.
- De menstruatie blijft vaak langer uit, wat helpt om een tekort aan ijzer te voorkomen.
- Moedermelk is altijd beschikbaar, op lichaamstemperatuur en volledig gratis.
- Wie langere tijd borstvoeding geeft, verkleint op termijn het risico op borstkanker, eierstokkanker en botontkalking.
Het is aangeraden om je kleintje tijdens de eerste zes maanden uitsluitend borstvoeding te geven. Daarna kun je geleidelijk overschakelen naar vaste voeding, zoals groentepap en fruitpap. Intussen kun je borstvoeding blijven aanbieden, zolang dat voor jou en je baby goed voelt.
Als je wilt stoppen met borstvoeding, doe dit dan geleidelijk. Vervang één voeding door een flesje en geef je lichaam genoeg tijd om de melkproductie af te bouwen. Om stuwing te voorkomen, wacht je bij voorkeur enkele dagen voordat je een volgende voeding vervangt.
De eerste dagen van de borstvoeding
Na de geboorte produceert je lichaam colostrum: een dikke, geelachtige melk vol eiwitten, vitaminen en antistoffen. Na enkele dagen verandert dit in rijpe moedermelk. Deze melk is vetter en bevat meer natuurlijke suikers. Tijdens die overgang kunnen je borsten gespannen of gevoelig aanvoelen. Dit heet stuwing en kan je verlichten door regelmatig aan te leggen, je borsten zachtjes te masseren of een warme douche te nemen voor de voeding.
Let goed op de aanleg van de baby. Het mondje moet een groot deel van de tepelhof omvatten, waarbij de onderlip naar buiten is gekruld. Hapt je kindje enkel aan de tepel? Dan kan dit pijnlijk zijn en leiden tot kloofjes of wondjes.
Afkolven en bewaren van moedermelk
Het is niet altijd mogelijk om je baby rechtstreeks te voeden. Denk maar aan werkhervatting of moeheid. Je kan handmatig kolven of voor een handkolf of een elektrische borstkolf opteren. Idealiter kolf je ongeveer 30 minuten na een voeding. Moedermelk kan je tot 4 dagen in de koelkast en tot 3 maanden in de diepvriezer bewaren. Plaats de afgekolfde melk altijd in steriele, goed afgesloten flesjes en noteer de datum.
Alles over flesvoeding
Sommige ouders kiezen bewust voor flesvoeding of schakelen na een tijd over. Moderne flesvoeding is zo samengesteld dat ze qua voedingswaarde en samenstelling zo dicht mogelijk aanleunt bij moedermelk.
De soorten flesvoeding
- Startvoeding (of zuigelingenmelk): geschikt vanaf de geboorte tot 6 maanden.
- Opvolgmelk: voor baby’s van 6 tot 18 maanden, als aanvulling op vaste voeding.
- Groeimelk of volle koemelk: vanaf 1 jaar, als onderdeel van een evenwichtig voedingspatroon.
Heeft je pasgeborene vaak last van reflux, buikkrampjes of een mogelijke koemelkallergie? Neem dan contact op met je kinderarts of vroedvrouw. Zij bekijken samen met jou welke aangepaste melkvoeding het beste aansluit bij je kind.
De juiste fles en speen
Een goede fles heeft een brede opening en is makkelijk schoon te maken. Kies daarnaast een stevige speen die de melk langzaam doorlaat, zodat je baby actief moet zuigen zoals bij borstvoeding. Zuigt je kleintje de speen plat tijdens het drinken? Draai de dop dan een beetje losser zodat er beter lucht bij kan.
Flesvoeding: bereiding en hygiëne
Gebruik water met een laag mineraalgehalte met het label 'geschikt voor babyvoeding’. Het water mag je op kamertemperatuur gebruiken, opwarmen is niet verplicht. Drinkt je baby liever warme melk, dan kun je de fles licht verwarmen tot ongeveer 37°C. Test eerst even op je pols om te voorkomen dat de melk te heet is. Bereide melk die langer dan een uur blijft staan, gooi je beter weg.
Na elke voeding spoel je de fles goed uit en maak je ze schoon met heet water en een flessenborstel. Dagelijks steriliseren is niet nodig, tenzij je baby een verminderde weerstand heeft.
Hoe vaak en hoeveel melk heeft je baby nodig?
Elke baby is anders. In de eerste weken heeft een pasgeborene gemiddeld 150 tot 180 ml melk per kilogram lichaamsgewicht per dag nodig, verspreid over 6 tot 8 voedingen. Of je nu borstvoeding of flesvoeding geeft, het belangrijkste is om te voeden wanneer je baby erom vraagt.
Hongersignalen herken je aan likken, zuigbewegingen, het samenballen van vuistjes of onrustig bewegen. Wacht liever niet tot je kind huilt, dan is drinken of aanleggen moeilijker omdat hij al overstuur is.
Conclusie
Borstvoeding of flesvoeding: beide geven je kleintje een gezonde start. Borstvoeding biedt natuurlijke bescherming en past zich automatisch aan de behoeften van je kind aan. Flesvoeding is praktisch, constant van samenstelling en biedt wat meer vrijheid in de dagelijkse routine. Geef jezelf de ruimte om te ontdekken wat het beste aansluit bij jouw gezinssituatie. Aarzel niet om advies te vragen aan een vroedvrouw, kinderarts of lactatiekundige.